Heeft de reformatie een zonde begaan dan ?
Wat is dat voor een titel?
Wij zijn Gods volk hoor, des Heeren tempel zijn wij.
Ja, ja, nou, nou.
Dit is de zonde van de reformatie dat zij Mozes herinvoeren in de heiligmaking als de regel des levens.
De wet der tien geboden om die te doen uit dankbaarheid.
Ze hebben dat zelfs opgenomen in de psalmberijming van 1773 als een gezang.
Ik citeer: "Gun door het geloof in Christus krachten om die te doen uit dankbaarheid."
Deze zonde is helemaal ingebed in de leer van de reformatie ook in de Heidelbergse catechismus.
Deze valse leer is te horen van ds. Th. L. Zwartbol in de oud gereformeerde gemeente op Urk tot aan ds K. Veldman in Oxford church Canada.
Bij ds K. Veldman kun je aan alles merken dat hij eigenlijk wel weet dat deze leer vals is maar hij neemt er toch niet publiek en volkomen afstand van.
Hij wijst wel op het "voornaamste" stuk der dankbaarheid: het gebed.
En hij verwerpt ook de gezangregel wel om die te doen uit dankbaarheid.
maar ondertussen laat hij Mozes staan in het stuk der dankbaarheid en verkracht ook hij het vierde gebod.
Alsof de Heilige Geest niet in staat zou zijn om de goede werken die God voorbereid heeft voor Zijn kinderen uit te werken in hun leven.
Alsof de Heilige Geest niet in staat is Gods kinderen te leiden in al de waarheid.
Alsof de Heilige Geest niet in staat is de wereld te overtuigen van zonde door welke letter dan ook uit Gods woord.
Romeinen 3:21, Galaten 3:25, Zacharia 10:12, Johannes 8:12, Romeinen 8:1-4, 2 Korinthiërs 5:7, Galaten 5:25, Kolossenzen 3:15-16, 1 Petrus 1:2-7, Hebreeën 12:18-25, 2 Tessalonisenzen 2:13, Handelingen 15:28-29 Enz.
De ellende begint in zondag 33 antwoord deel b van vraag 91.
Waar zij wet en evangelie vermengen door de verwijzing naar Leviticus 18:4 als zogenaamde "bewijstekst".
Maar zij bewijzen niet dat deze zogenaamde "bewijstekst" van toepassing is.
Als er bijvoorbeeld in Deuteronomium 28:36 staat dat God hen zal doen laten overgaan tot ander volk en daar zult gij dienen andere goden.
Dan zegt toch ook niemand dat dit van toepassing is op het stuk der dankbaarheid en de heiligmaking, dat dit een bevel is?
Dus dan doet het er wel toe in welk kader een woord uit Gods Woord staat.
In het voorbeeld staat dit in het kader van het oordeel en een overgave van de mens aan zijn eigen goeddunken en de onzalige vruchtgevolgen daarvan.
En dan zie je dat ze vanzelf vastlopen met deze valse leer.
Dat komt duidelijk openbaar in het vierde gebod:
"(Exodus 20:8-11)
Gedenkt den sabbatdag, dat gij dien heiligt.
Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen;
Maar de zevende dag is de sabbat des HEEREN uws Gods; dan zult gij geen werk doen,
gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienstknecht, noch uw dienstmaagd,
noch uw vee, noch uw vreemdeling, die in uw poorten is;
Want in zes dagen heeft de HEERE den hemel en de aarde gemaakt, de zee en al wat daarin is,
en Hij rustte ten zevenden dage; daarom zegende de HEERE den sabbatdag, en heiligde denzelven."
Dus daarom word in de Heidelbergse catechismus het vierde gebod verkracht om deze in overeenstemming met deze valse leer te brengen.
Want de sabbatdag van de tien geboden is de zevende dag van de week de zaterdag.
En dat heeft dus niets van doen met de eerste dag der week de zondag de opstandingsdag van Christus de christelijke rustdag.
Ik daag elke dominee en kerk die bovengenoemde valse leer brengen voor Gods rechterstoel om hun leer voor de rechte te bewijzen.
Maar dat zal ze naar mijn overtuiging in eeuwigheid niet lukken.
Ook een prediker als William Gadsby heeft dat in mogen zien en is verguisd geweest als een antinomiaan.
Maar ik zeg een ieder aan die deze valse leer brengt dat zij zelf antinomianen zijn die in plaats van en tegen de wet zijn.
Er is geen een dominee te vinden van oudgereformeerd tot hervormd die de sabbat van de tien geboden als regel der dankbaarheid houdt.
Ze houden zaterdag de zevende dag geen rust en werken en handelen op zondag niet.
Ze verkrachten het evangelie, ze verkrachten de wet, ze overtreden het evangelie, ze overtreden de wet, in leer en leven.
En als daar in zondag 33 antwoord 91 deel c en d geleerd wordt dat de goede werken niet mogen zijn gegrond op eigen goeddunken of menselijke inzettingen.
Dan veroordelen zij zich daar zelf die deze leer leren en de tien geboden veranderen naar hun eigen goeddunken en menselijke inzettingen.
Christus heeft gesproken:
"(Mattheüs 5:17-19) Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te ontbinden;
Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar te vervullen.
Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan,
zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied.
Zo wie dan een van deze minste geboden zal ontbonden, en de mensen alzo zal geleerd hebben,
die zal de minste genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar zo wie dezelve zal gedaan en geleerd hebben,
die zal groot genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen.
Waaruit we kunnen leren:
1. De wet is niet ontbonden maar door Christus vervuld.
2. De wet blijft onveranderlijk tot de tittel en jota staan zoals zij is tot dat alles zal zijn geschied.
3. Degene die een minste gebod ontbindt ook door het wegnemen van de sabbat op de zevende dag,
en de zondag daarvoor in de plaats stelt zal de minste in het koninkrijk Gods zijn,
en volgens de kanttekening het koninkrijk Gods zelfs niet ingaan.
4. Degene die Gods wet onverkort en onveranderlijk handhaaft en doet zal groot genaamd worden in het koninkrijk van God.
Ik ken geen een dominee die de wet onverkort en onveranderlijk handhaaft en doet.
Ik ken wel Een die Gods wet onveranderlijk en onverkort heeft gehandhaafd en gedaan en dat is Jezus Christus.
De tweede zogenaamde "bewijstekst" die zij aanvoeren in zondag 33 antwoord 91 deel b is:
Wat is dat voor een titel?
Wij zijn Gods volk hoor, des Heeren tempel zijn wij.
Ja, ja, nou, nou.
Dit is de zonde van de reformatie dat zij Mozes herinvoeren in de heiligmaking als de regel des levens.
De wet der tien geboden om die te doen uit dankbaarheid.
Ze hebben dat zelfs opgenomen in de psalmberijming van 1773 als een gezang.
Ik citeer: "Gun door het geloof in Christus krachten om die te doen uit dankbaarheid."
Deze zonde is helemaal ingebed in de leer van de reformatie ook in de Heidelbergse catechismus.
Deze valse leer is te horen van ds. Th. L. Zwartbol in de oud gereformeerde gemeente op Urk tot aan ds K. Veldman in Oxford church Canada.
Bij ds K. Veldman kun je aan alles merken dat hij eigenlijk wel weet dat deze leer vals is maar hij neemt er toch niet publiek en volkomen afstand van.
Hij wijst wel op het "voornaamste" stuk der dankbaarheid: het gebed.
En hij verwerpt ook de gezangregel wel om die te doen uit dankbaarheid.
maar ondertussen laat hij Mozes staan in het stuk der dankbaarheid en verkracht ook hij het vierde gebod.
Alsof de Heilige Geest niet in staat zou zijn om de goede werken die God voorbereid heeft voor Zijn kinderen uit te werken in hun leven.
Alsof de Heilige Geest niet in staat is Gods kinderen te leiden in al de waarheid.
Alsof de Heilige Geest niet in staat is de wereld te overtuigen van zonde door welke letter dan ook uit Gods woord.
Romeinen 3:21, Galaten 3:25, Zacharia 10:12, Johannes 8:12, Romeinen 8:1-4, 2 Korinthiërs 5:7, Galaten 5:25, Kolossenzen 3:15-16, 1 Petrus 1:2-7, Hebreeën 12:18-25, 2 Tessalonisenzen 2:13, Handelingen 15:28-29 Enz.
De ellende begint in zondag 33 antwoord deel b van vraag 91.
Waar zij wet en evangelie vermengen door de verwijzing naar Leviticus 18:4 als zogenaamde "bewijstekst".
Maar zij bewijzen niet dat deze zogenaamde "bewijstekst" van toepassing is.
Als er bijvoorbeeld in Deuteronomium 28:36 staat dat God hen zal doen laten overgaan tot ander volk en daar zult gij dienen andere goden.
Dan zegt toch ook niemand dat dit van toepassing is op het stuk der dankbaarheid en de heiligmaking, dat dit een bevel is?
Dus dan doet het er wel toe in welk kader een woord uit Gods Woord staat.
In het voorbeeld staat dit in het kader van het oordeel en een overgave van de mens aan zijn eigen goeddunken en de onzalige vruchtgevolgen daarvan.
En dan zie je dat ze vanzelf vastlopen met deze valse leer.
Dat komt duidelijk openbaar in het vierde gebod:
"(Exodus 20:8-11)
Gedenkt den sabbatdag, dat gij dien heiligt.
Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen;
Maar de zevende dag is de sabbat des HEEREN uws Gods; dan zult gij geen werk doen,
gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienstknecht, noch uw dienstmaagd,
noch uw vee, noch uw vreemdeling, die in uw poorten is;
Want in zes dagen heeft de HEERE den hemel en de aarde gemaakt, de zee en al wat daarin is,
en Hij rustte ten zevenden dage; daarom zegende de HEERE den sabbatdag, en heiligde denzelven."
Dus daarom word in de Heidelbergse catechismus het vierde gebod verkracht om deze in overeenstemming met deze valse leer te brengen.
Want de sabbatdag van de tien geboden is de zevende dag van de week de zaterdag.
En dat heeft dus niets van doen met de eerste dag der week de zondag de opstandingsdag van Christus de christelijke rustdag.
Ik daag elke dominee en kerk die bovengenoemde valse leer brengen voor Gods rechterstoel om hun leer voor de rechte te bewijzen.
Maar dat zal ze naar mijn overtuiging in eeuwigheid niet lukken.
Ook een prediker als William Gadsby heeft dat in mogen zien en is verguisd geweest als een antinomiaan.
Maar ik zeg een ieder aan die deze valse leer brengt dat zij zelf antinomianen zijn die in plaats van en tegen de wet zijn.
Er is geen een dominee te vinden van oudgereformeerd tot hervormd die de sabbat van de tien geboden als regel der dankbaarheid houdt.
Ze houden zaterdag de zevende dag geen rust en werken en handelen op zondag niet.
Ze verkrachten het evangelie, ze verkrachten de wet, ze overtreden het evangelie, ze overtreden de wet, in leer en leven.
En als daar in zondag 33 antwoord 91 deel c en d geleerd wordt dat de goede werken niet mogen zijn gegrond op eigen goeddunken of menselijke inzettingen.
Dan veroordelen zij zich daar zelf die deze leer leren en de tien geboden veranderen naar hun eigen goeddunken en menselijke inzettingen.
Christus heeft gesproken:
"(Mattheüs 5:17-19) Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te ontbinden;
Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar te vervullen.
Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan,
zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied.
Zo wie dan een van deze minste geboden zal ontbonden, en de mensen alzo zal geleerd hebben,
die zal de minste genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar zo wie dezelve zal gedaan en geleerd hebben,
die zal groot genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen.
Waaruit we kunnen leren:
1. De wet is niet ontbonden maar door Christus vervuld.
2. De wet blijft onveranderlijk tot de tittel en jota staan zoals zij is tot dat alles zal zijn geschied.
3. Degene die een minste gebod ontbindt ook door het wegnemen van de sabbat op de zevende dag,
en de zondag daarvoor in de plaats stelt zal de minste in het koninkrijk Gods zijn,
en volgens de kanttekening het koninkrijk Gods zelfs niet ingaan.
4. Degene die Gods wet onverkort en onveranderlijk handhaaft en doet zal groot genaamd worden in het koninkrijk van God.
Ik ken geen een dominee die de wet onverkort en onveranderlijk handhaaft en doet.
Ik ken wel Een die Gods wet onveranderlijk en onverkort heeft gehandhaafd en gedaan en dat is Jezus Christus.
De tweede zogenaamde "bewijstekst" die zij aanvoeren in zondag 33 antwoord 91 deel b is:
"1 Samuël 15:22 Doch Samuël zeide: Heeft de HEERE lust aan brandofferen, en slachtofferen, als aan het gehoorzamen van de stem des HEEREN? Zie, gehoorzamen is beter dan slachtoffer, opmerken dan het vette der rammen."
Maar deze tekst bewijst volstrekt niet dat de tien geboden de regel der dankbaarheid zijn in de heiligmaking. Deze tekst handelt over een bevel van God aan Saul om Amalek met alles wat hij had te verbannen en Saul was de Heere niet volkomen gehoorzaam en hield Agag en de beste dieren in leven. daarmee leert Gods Woord ons: God eist een volkomen gehoorzaamheid geen half werk.
En ten overvloede ging dit bevel van God tot Saul rechtstreeks in tegen en oversteeg het zesde gebod dat gebiedt: Gij zult niet doodslaan.
Waaruit bewezen wordt dat de tien geboden overstegen worden door andere geboden van God.
Zoals ook Abraham bevolen werd zijn zoon Izak te offeren en daarmee te doden tegen de tien geboden in die toen nog niet aan Israël gegeven waren.
Bovendien wandelde Abraham door het geloof en met een ander bevel van God namelijk: "Wandel voor mijn aangezicht en zijt oprecht.
En Abraham is gerechtvaardigd door het geloof in de belofte die van verre gezien en omhelst hebbende zonder ooit met de wet der tien geboden te maken hebben gehad.
Dit leert de apostel Paulus zelf kijk het maar na.
De derde zogenaamde "bewijstekst" die aangevoerd wordt in zondag 33 antwoord 91 deel b is:
Maar deze tekst bewijst volstrekt niet dat de tien geboden de regel der dankbaarheid zijn in de heiligmaking. Deze tekst handelt over een bevel van God aan Saul om Amalek met alles wat hij had te verbannen en Saul was de Heere niet volkomen gehoorzaam en hield Agag en de beste dieren in leven. daarmee leert Gods Woord ons: God eist een volkomen gehoorzaamheid geen half werk.
En ten overvloede ging dit bevel van God tot Saul rechtstreeks in tegen en oversteeg het zesde gebod dat gebiedt: Gij zult niet doodslaan.
Waaruit bewezen wordt dat de tien geboden overstegen worden door andere geboden van God.
Zoals ook Abraham bevolen werd zijn zoon Izak te offeren en daarmee te doden tegen de tien geboden in die toen nog niet aan Israël gegeven waren.
Bovendien wandelde Abraham door het geloof en met een ander bevel van God namelijk: "Wandel voor mijn aangezicht en zijt oprecht.
En Abraham is gerechtvaardigd door het geloof in de belofte die van verre gezien en omhelst hebbende zonder ooit met de wet der tien geboden te maken hebben gehad.
Dit leert de apostel Paulus zelf kijk het maar na.
De derde zogenaamde "bewijstekst" die aangevoerd wordt in zondag 33 antwoord 91 deel b is:
"Efeziërs 2:10 Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede werken, welke God voorbereid heeft, opdat wij in dezelve zouden wandelen."
Deze tekst bewijst wel dat er in het leven van Gods kinderen goede werken zullen zijn.
Maar bewijst op geen enkele wijze dat deze bestaan uit het gehoorzamen van de tien geboden als leefregel der dankbaarheid.
Hiermee is genoegzaam bewezen dat de leer van de wet als leefregel der dankbaarheid geen grond heeft in de schrift en vals is.
Het gezang: De tien geboden des Heeren moet geschrapt worden uit het psalmboek.
Zondag 33 en alle daarop volgende zondagsafdelingen van de H.C. die leren dat de wet de leefregel der dankbaarheid is moeten aangepast worden aan Gods woord.
De gereformeerde leer moet zodanig gereformeerd worden dat het ware leven der dankbaarheid weer geleerd word vanaf de kansel.
Niet door Christus naar Mozes, Maar door Christus tot God.
Johannes 14:6 Jezus zeide tot hem: Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door Mij.
Genesis 5:24 Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer; want God nam hem weg.
S.A. Top
Deze tekst bewijst wel dat er in het leven van Gods kinderen goede werken zullen zijn.
Maar bewijst op geen enkele wijze dat deze bestaan uit het gehoorzamen van de tien geboden als leefregel der dankbaarheid.
Hiermee is genoegzaam bewezen dat de leer van de wet als leefregel der dankbaarheid geen grond heeft in de schrift en vals is.
Het gezang: De tien geboden des Heeren moet geschrapt worden uit het psalmboek.
Zondag 33 en alle daarop volgende zondagsafdelingen van de H.C. die leren dat de wet de leefregel der dankbaarheid is moeten aangepast worden aan Gods woord.
De gereformeerde leer moet zodanig gereformeerd worden dat het ware leven der dankbaarheid weer geleerd word vanaf de kansel.
Niet door Christus naar Mozes, Maar door Christus tot God.
Johannes 14:6 Jezus zeide tot hem: Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door Mij.
Genesis 5:24 Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer; want God nam hem weg.
S.A. Top