vrijdag 28 mei 2021

Stromen van zegen.

De plasregens zijn overgegaan dat hoor je nu in onze tijd. Maar vroeger schreef men dat ook al. Ik las dat als kind ook al op zolder in een boekje. Ja dan kon ik nooit meer zalig worden. Maar dat kon niet waar zijn. Ik had tot de Heere Die niet liegen kan geroepen. Dus kon het niet anders zijn dat, al was het de laatste druppel, dat die op mij zou vallen. Heer ik hoor van rijke zegen, die Gij uitstort keer op keer. laat er van die milde regen droppelen vallen op mij neer, ook op mij, ook mij, droppelen vallen ook op mij. De plasregens van zegen trekken ook niet eerder over dan dat de laatste uitverkorene is toegebracht.
 
Mattheüs 11:12 En van de dagen van Johannes den Doper tot nu toe, wordt het Koninkrijk der hemelen geweld aangedaan, en de geweldigers nemen hetzelve met geweld.
 
Lukas 13:24 Strijdt om in te gaan door de enge poort; want velen, zeg Ik u, zullen zoeken in te gaan, en zullen niet kunnen;
 
Mattheüs 7:7 Bidt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal opengedaan worden.
 
Hebreeën 11:6 Maar zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Want die tot God komt, moet geloven, dat Hij is, en een Beloner is dergenen, die Hem zoeken.
 
Ja ik zat eens bij mijn opa en opoe en toen had ik een wondje op mijn arm. Maar ik zeg ik hoef geen pleister want ik kan niet sterven voor dat God me bekeerd heeft. Trap er maar tegen maar ik ben niet beschaamd uitgekomen.
 
S.A.